Ik dacht voortdurend dat Ridley Scott een grap aan het uithalen was. Een hele dure grap. Wat als ik mijn eigen film uit 2000 nou eens helemaal opnieuw maak, met wat kleine wijzigingen, maar dan alles wat groter in sets en overdadiger in actie maar kwalitatief toch een stuk minder. Natuurlijk, als je een vervolg maakt op Gladiator verwacht je deze strijders in het colosseum, verwacht je Romeinse legioenen en verwacht je intriges met senatoren en ook een daad van verraad. Maar dat het zo obvious is allemaal, zo in your face, dat is nogal aanmatigend. Het handje grint uit de arena, de wond van de medegevangene, de herinneringen aan de geliefde, de herhaling van ‘Are you not entertained?‘, het tonen van het zwaard en kuras van Maximus. De herhalingen zijn vaak letterlijk. Had Scott, om waar wat te noemen, niet wat kunnen lenen van die andere grote gladiadorenfilm, Spartacus? Een slavenopstand, dat zou wat geweest zijn.

Je kunt stellen dat Scott een onmogelijke strijd voerde, tegen een mythische voorganger. Een film die eigenhandig het sword en sandals genre weer populariseerde, bijna 500 miljoen dollar opbracht, van Russell Crowe een ster maakte en die 5 Oscars won. Waaronder die voor beste film en voor Crowe. Maar inmiddels is Scott de tachtig ruim gepasseerd, dus hij dacht waarschijnlijk: wat kan me gebeuren? Nou, het lijkt erop dat hij zijn machtige carriere toch een beetje aan het slopen is. The Martian was wel ok, Prometheus en Alien: Covenant vond ik al tegenvallen, All The Money in the World vond ik dan wel weer prima, The Last Duel en House of Gucci heb ik niet gezien maar schijnen niet best te zijn en Napoleon vond ik ook tegenvallen. De regisseur praat in interviews altijd trots over zijn efficientie, maar in die projectmanagementaanpak is weinig ruimte voor een hart, voor echte bezieling. Nam hij maar eens wat meer tijd. Maar Scott is zo groot dat het niet uit maakt en dat hij eigenlijk kan doen wat hij wil.

Hoewel ik niets tegen Paul Mescal heb, die sterk was in Aftersun en er zelfs een Oscarnominatie aan verdiende, is hij niet geschikt om in de voetsporen van Russell Crowe te treden. Crowe’s Maximus was een personage rechtstreeks uit een Shakespeariaanse tragedie. Een trouwe Romeinse soldaat die wordt verraden door de jonge nieuwe keizer en als gladiator vecht voor wraak. Zijn strijd heeft een enorme urgentie en zijn positie als het morele geweten van Rome voelt echt. Hanno/Lucius heeft niets van dat alles. In flashbacks wordt duidelijk gemaakt dat hij is weggestuurd na de gebeurtenissen in de vorige film en in Numidië een bestaan heeft opgebouwd. Hij verliest zijn vrouw (die we nauwelijks leren kennen) tijdens het openingsgevecht met het legioen van generaal Acacius en wordt als gevangene afgevoerd. Hij wil wraak maar echt urgent voelt dat nooit. Lucius blijkt goed te zijn in de arena en op die manier vecht hij zichzelf in een steeds belangrijker positie maar dreigt ook zijn identiteit bekend te worden, een plotlijn die rechtstreeks uit deel I komt. De gevechten, hoewel spectaculair in opzet, voelen leeg en worden steeds afgekapt op momenten dat je meer wil zien. Scott wil door. Ondanks de lengte van 2,5 uur voelt Gladiator II voortdurend gehaast.

Er zijn wel wat lichtpuntjes. Pedro Pascal als generaal Acacius is goed, al lijkt zijn positie sterk op Maximus van wie hij het in vergelijking verliest. Maar hij weet zijn positie als moegestreden generaal wel te verkopen. Hij heeft twee gekke keizers boven zich, figuren die de decadentie en het morele verval van Rome symboliseren. Maar deze Geta en Caracalla (die wel echt bestaan hebben) zijn lang niet zo tragisch als de gepijnigde Commodus, zo mooi gespeeld door Joaquin Phoenix. Tim McInnerny (die ik nog ken als Lord Percy Percy en Captain Darling uit Blackadder) is sterk, net als Matt Lucas (Little Britain: the only gay in the village!). Maar Denzell Washington steelt de film. Een vileine maar ook flamboyante slavenhandelaar met de kwaliteiten om mensen tegen elkaar uit te spelen en een enorme honger heeft naar macht. Al is de snelheid waarmee hij hier opklimt ook absurd.

Laat het maar aan Scott over om alles er geweldig uit te laten zien en klinken. Zijn vaardigheden om een complete historische wereld op te bouwen blijven uitzonderlijk en Rome voelt hier helemaal levendig aan. Hij wordt natuurlijk enorm geholpen door productieontwerper Arthur Max en kostuumontwerper Janty Yates, met sets en gewaden waarin je je kunt verliezen. Maar hij gaat ook vaak te ver, met zoveel CGI-beesten (de neushoorn, de apen, de haaien) dat het nogal karikaturaal wordt.

Waar het op neerkomt: Scott en scenarist David Scarpa weten me er niet van te overtuigen dat ik iets moeten geven om de personages. Iets wat me ook al zo dwars zat bij Prometheus. Er gebeuren dingen met ze, dan doen ze dingen, dan gebeuren er weer andere dingen en dan is het afgelopen. Er is geen spanning, geen verrassing, geen gevoel dat de keuzes van de personages er echt toe doen. 24 jaar na deel I is Gladiator II een overbodige sequel die niets weet toe te voegen aan een film met een mythische status.