Van de ene drie uur durende spektakelfilm naar de andere drie uur durende spektakelfilm. Tot zover de overeenkomsten tussen de laatste Avatar en dit geweldige avontuur uit India. Van Hollywood naar Bollywood, of Tollywood moet ik eigenlijk zeggen. Films die gemaakt worden in de regio rond Haiderabad waar de taal Telugu wordt gesproken. De grote ster van deze filmindustrie is S. S. Rajamouli, ook de regisseur van RRR. De letters staan voor Rise Roar Revolt, maar ook voor de namen van de regisseur en zijn twee steracteurs: Ram Charan en Rama Rao. Samen maakten ze een episch avontuur waarin geen ruimte is voor cynisme en de scheidslijn tussen goed en kwaad zeer helder is. De film doet alles GROOT, of het nu gaat om een actiescène of om een emotionele scène. Het is aan de ene kant afmattend, maar door de energie die van het doek afspat ook opzwepend.
De film speelt zich af in 1920 in India tijdens de Britse koloniale tijd. Gouverneur Scott Buxton en zijn vrouw Catherine (beiden cartoonesk slecht) ontvoeren een jong meisje van het Gond-volk. Een nederig en gedwee volk dat in de vorm van de krijger Komaram Bheem (Rama Rao) wel een machtige beschermer heeft. Bheem gaat naar Delhi om het meisje te redden. De Buxtons komen daar achter en schakelen Rama Raju (Ram Charan) in, een dappere en loyale officier van de Indiase Keizerlijke Politie. Hij moet Bheem oppakken en doden of gevangen nemen. Raju is weliswaar in dienst van de Britten, maar zijn echte loyaliteit ligt bij India. Hij is ondergedoken en probeert vandaaruit het regime omver te werpen. Om zijn identiteit te beschermen, moet hij wel achter Bheem aan. Zelfs nadat de twee vrienden zijn geworden terwijl ze zich allebei voordoen als iemand anders. Dit leidt tot het onvermijdelijke conflict dat hen tegen elkaar opzet.
Ondanks dat gebrek aan cynisme en de scheiding tussen goed en kwaad is RRR qua narratief toch best complex. Dat komt door de verschuivende loyaliteiten en de vraag hoeveel vriendschap waard is ten opzichte van het grotere belang. Hoewel Bheem op een gegeven moment een andere identiteit aanneemt, is zijn doel duidelijk en eervol. Hij heeft iets simpels en messianistisch, een lieverd met het lijf van de Hulk. Raju, daarentegen, is gecompliceerder en conflictueuzer. Zijn hele leven is gewijd aan het ten val brengen van de Britse overheerser en om dat doel te bereiken (het stelen van een lading wapens en het bewapenen van de rebellen) moet hij misschien een man opofferen die veel van zijn overtuigingen deelt en die hij als een vriend is gaan beschouwen. Hoe Raju dit oplost, leidt tot een aantal ongemakkelijke scènes en de film neemt ook een aantal shortcuts om er te komen. Maar tegen die tijd ben je al zo meegenomen in een golf van geweldige actiescènes en opzwepende dansnummers dat je daar niet zwaar aan tilt.
RRR voelt als de liefdesbaby van Ben-Hur, A Passage to India en Lawrence of Arabia aan de ene kant en Mission Impossible II, The Matrix en de Marvelfilms aan de andere. Rajamouli weet waar hij de mosterd haalt. Hij maakte een kruising tussen een epic en een comic met Bheem en Raju als aardse superhelden die eigenhandig het Britse Rijk omverwerpen. In een ballet van geweld, dans, tijgers, pijlen, bommen, vuur en verstilling.