Nowhere Boy vertelt het verhaal van de tienerjaren van John Lennon, van zijn eerste schreden op het muzikale pad met The Quarrymen tot aan het vertrek van de band die hij had gevormd met Paul McCartney, Stuart Sutcliffe en George Harrison voor een eerste serie optredens in Hamburg. Ik heb vorig jaar de vuistdikke Beatlesbiografie van Bob Spitz gelezen, dus voor mij nieuwe feiten krijg ik niet meer te zien in de film. Maar dat maakt weinig uit.

Nowhere Boy is een sfeervol portret van een onrustige, bijdehante en kwetsbare jongeman die onder de invloed van zijn stiefmoeder Mimi probeert uit te komen en via een verlate kennismaking met zijn manische moeder Julia zichzelf vindt in de muziek. Met sterke acteerprestaties en een geslaagde verbeelding van Liverpool rond 1960 weet debuterend regisseur Sam Taylor Wood een snaar te raken zonder daadwerkelijk de kiemen van het latere succes van de band te tonen.  Juist die concentratie op het moeizame pad dat Lennon af moest leggen en de vallen-en-opstaan-stappen van zijn band geven de film z’n kracht.