Deze week gaat Norwegian Wood in première, de verfilming van het beroemde boek van Haruki Murakami door de Vietnamese regisseur Anh Hung Tran. Tran’s eerste drie films (The Scent of Green Papaya, Cyclo en The Vertical Ray of the Sun waren prachtige, mystieke en ook heftige (Cyclo) films, en het was dan ook een verrassing toen zijn vierde een thriller bleek te zijn met in de hoofdrol de Hollywood heartthrob Josh Hartnett: I Come with the Rain. Ik ben dus benieuwd naar Norwegian Wood. 8WEEKLY zal er uitgebreid aandacht  aan besteden met een recensie, een interview met de regisseur en een special rond zijn eerdere werk. Voor die special keek ik weer eens naar zijn debuut, al meerdere malen gezien maar hij blijft mooi.

In dit indrukwekkende debuut van Anh Hung Tran, een van de eerste Vietnamese films die wereldwijd de aandacht wist te trekken, trekt de tienjarige Mui in bij een rijke handelaar in Saigon om daar als bediende te werken. Het is 1951 en het hoewel de politieke situatie relatief rustig is vergeleken met het pandemonium dat een dik decennium later uit zou breken, zijn er toch wel spanningen. Vietnam is een kolonie van Frankrijk en de bezetter heeft een avondklok ingesteld om de bevolking in het gareel te houden. Hoewel Tran je wel met deze achtergrond confronteert is de buitenwereld niet waarom het in The Scent of Green Papaya draait. De regisseur focust zich op Mui, een zwijgend personage dat als canvas dient van waaruit hij de Vietnamese volksaard, de dynamiek van het klassesysteem, familieverhoudingen en de tradities van het land onderzoekt. Dat doet hij met een minimum aan dialogen. Mui maakt lange dagen en doet haar werk zonder morren, zonder zich uit veld te laten slaan door het getreiter van de jongste zoon Tin die gebukt gaat onder het vertrek van zijn vader. De moeder is van slag door het verlies van haar dochter en beziet Mui als haar vervangster en wellicht reïncarnatie. Als Mui in het tweede deel, tien jaar later, naar een nieuwe werkgever vertrekt is die overgang ook te zien als die naar een nieuwe tijd. Mui symboliseert de traditionele waarden van het land die onder druk staan van het opkomende Westen. En zowel haar oude als nieuwe werkgever beseffen dat ze daar naar terug verlangen.

Tran observeert dit alles vooral en bekijkt het dagelijks leven van afstand, met een onderzoekende camera die als een vergrootglas op Mui en haar omgeving ligt. De film heeft een meditatieve en verwondering oproepende kracht. Dat komt omdat Tran een groot deel van de tijd bezig is om de interactie van zijn personages met de omgeving om hen heen te bestuderen, of dat insecten zijn of het voedsel dat ze eten. Hij maakt vaak gebruik van close-ups die tot stijlvolle en soms surreële beelden leiden. Zijn camera glijdt langs zijn complexe en tot in details uitgewerkte sets, waarbij hij gebruik maakt van zorgvuldig gechoreografeerde dollyshots. Zijn framing is zo dat er altijd meerdere dingen tegelijk gebeuren, maar hij stuurt je blik door te variëren in scherptediepte. Personages lopen in en uit het frame en volgen elk hun eigen logica. Ook in zijn muziek hanteert hij die dynamiek, waarbij Tran niet schroomt de stijl ervan binnen een scene sterk te variëren. Ondanks de meerdere verhaallijnen, karakters en locaties is The Scent of Green Papaya een zeer beheerste film die minuscule details weet te combineren met grootse politieke en maatschappelijke thema’s. Een droom van een debuut.