Marco Silvestri is kapitein op de grote vaart. Hij wordt naar huis geroepen omdat zijn beste vriend Jacques, de man van zijn zus Sandra, zelfmoord heeft gepleegd en zijn nichtje Justine naakt, verward en gewond op straat is aangetroffen. Zo begint deze brute film van Claire Denis, de Franse filmmaakster die geen remmingen kent en haar publiek het liefst bij de strot pakt.
Deze Marco is de held van de film, een man uit een stuk die zijn nichtje wil redden uit de klauwen van nietsontziende types die uit zijn op haar lichaam en liefst ook haar ziel. Marco is een zwijgzaam type dat niet praat maar handelt. Nu ook. Zonder aarzeling gooit hij zich in de strijd, zijn bezittingen verkopend om zaken voor elkaar te krijgen. Hij heeft de machtige zakenman Edouard Laporte in het vizier, een man die gewend is te krijgen wat hij wil. Om bij hem te komen verleidt Marco diens vrouw. Daarmee komt ook de eerste barst in het smetteloze pantser van de held. Ook hij gebruikt mensen, ook hij doet alles om zijn doel te bereiken. Zo is iedereen uiteindelijk een salaud, een klootzak, in deze lastig te pakken film.
Denis bouwt de spanning steeds verder op, met bouwstenen van het verhaal smijtend maar net zo veel weglatend. Haar elliptische en puzzelachtige filmstijl vereist veel van de kijker. Die moet aan het werk en zelf chocola maken van de verhaalstukjes die Denis hem toewerpt. Voor mij is het uiteindelijk te weinig. Ik heb wel een reconstructie voor mezelf gebouwd maar die vind ik niet overtuigend. Het zijn inderdaad allemaal klootzakken en de manier waarop Denis dat heeft laten zien is bewonderenswaardig. Maar toch overheerst de frustratie over missende stukjes en missende urgentie.