De verschillen tussen James Bond en John Wick zijn legio maar het is wel interessant om de overeenkomsten te zoeken. Macho mannen met enorme vechtskills, schijnbaar niet te verslaan maar toch (in de Daniel Craig versie in het geval van JB) ook kwetsbaar. Tegenstanders worden in grote aantallen uit de weg geruimd (bij JW nog een stuk meer) maar in al die gevechten lopen de helden ook wat schade op. En in hun laatste avontuur gaan beiden ook in die strijd tenonder. JB via een ingenieuze plotwending waarbij hij zelf een gevaar voor anderen wordt. JW is gewoon moegestreden en langzaam kapotgemaakt.

Ik had nooit gedacht naar deel 4 in de John-Wickcyclus te gaan kijken, na het leuke maar ook eendimensionale deel 1. Delen 2 en 3 heb ik ook niet gezien, maar omdat deel 4 als de laatste en meest uitzinnige werd aangekondigd, ging ik toch voor de bijl. Uitzinnig is het zeker maar ook nog steeds eendimensionaal. JW is de onoverwinnelijke hitman die op zoek is naar eerherstel en daarvoor een oneindige reeks tegenstanders uit de weg moet ruimen. Dat is het eigenlijk. De JW-films zijn als levels in een vechtspel met steeds nieuwe locaties en een steeds meer vijanden. Die vijanden worden in een strakke choreografie vermoord met messen, pistolen en wat er verder voorhanden is. In een film van ruim 2,5 uur wordt dat nogal uitputtend. Zeker ook omdat er niet veel variatie in zit. Gevechten zijn altijd man-tegen-man met korte schotenwisselingen, judoworpen en een messteek of een schot om het af te maken. JW weert schoten af met zijn jasje, dat weliswaar deels van kevlar is maar wat wel op de lachspieren werkt. Ik merkte dat ik vooral ging letten op de cues van zijn tegenstanders: op welk punt in de choreografie moeten ze in actie komen en wat zijn de dansstappen?

De fun zit dan ook vooral tussen de gevechten in met prachtige locaties, uitbundig camerawerk met een explosie van kleuren en best leuke personages die alles wat sjeu geven. Ian McShane en Donnie Yen voorop. De eerste is de cynische Winston, de steun en toeverlaat van John die alles al mee heeft gemaakt. Donnie is een blinde hitman die het tegen JW opneemt omdat hij niet anders kan. Een blinde vechter kennen we al uit de Zatoichi films en natuurlijk van Rutger Hauer in Blind Fury. Donnie geeft er een eigen draai aan, al blijft het nogal ongeloofwaardig dat een blinde dit allemaal kan. Maar ja, daarvoor kijk je ook naar dit soort films. Bill Skarsgård is de Marquis Vincent Bisset de Gramont, de grote baas van de High Table en nemesis van JW. Echt geloofwaardig is Bill niet, hij mist het boosaardige charisma dat bij zo’n rol hoort. Keanu Reeves zelf heeft geen enkele ontwikkeling. Een moegestreden vechter die niets anders wil dan naar huis gaan en in zijn reacties meestal niet verder komt dan ‘Yeah, right’.

De eindstrijd speelt zich af in Parijs, niet overdag zoals in Mission Impossible: Fall Out maar ’s nachts. Dat levert vechtscenes op rond de Arc de Triomphe, in de straten en op de trappen van de Sacre Coeur. Die laatste is echt hilarisch met de schier oneindige trappen die als het laatste level ook het moeilijkste zijn. Eenmaal boven gun je JW een pauze, een moment om de game even te stoppen. Maar hij moet door en dit level mag hij nog een keer helemaal opnieuw doen. Een passend einde aan een cyclus die met 4 echt wel klaar is. Keanu zal blij zijn.