Het oorlogsgeweld is in Dunkirk voortdurend te horen maar toch blijft het nogal op afstand. Het strand is hier een gevangenis die is voorzien van muren in de vorm van Duitse troepen die langzaam dichterbij komen. Het is ver verwijderd van de hel zoals die in Saving Private Ryan te zien was. Christopher Nolan maakte een oorlogsfilm zonder vijand waarin het drama zich langzaam ontvouwt. Een enkel bootje met drie opvarenden en een enkel Brits jachtvliegtuig dat over de zee scheert, markeren de overlevingsstrijd daaronder.
De evacuatie van ruim driehonderdduizend Engelse militairen uit de Noord-Franse havenstad Dunkerque was een van de eerste grote nederlagen van de geallieerden aan het begin van de Tweede Wereldoorlog. De Britten hadden deze militairen in grote getale naar Frankrijk gestuurd om de verwachte inval van Duitsland voor te zijn. Maar door het succes van de Duitse Blitzkrieg werden deze troepen echter steeds verder teruggedreven totdat ze uiteindelijk vast kwamen te zitten aan de Noordzeekust. Daarom werd op 26 mei 1940 begonnen met hun evacuatie, een operatie die een week zou duren en door voortdurende aanvallen van Duitse jagers en torpedo’s werd bemoeilijkt. Uiteindelijk wisten de Engelsen 338.00 van hen te bevrijden, dankzij de inzet van tientallen plezierjachtjes en vissersschepen uit Engeland, Frankrijk, België en Nederland.
Voor Nolan is deze historische achtergrond echter niet zo belangrijk. Hij concentreert zich volledig op het strand en de zee, waarbij hij speelt met de tijd. Hij versnelt, vertraagt, vergroot en verkleint. Net zolang totdat er alleen maar angst, wachten en paranoia over zijn.