Ik heb een boek in de kast staan dat heet Mad, Bad and Dangerous? The scientist and the cinema. Auteur is Christopher Frayling, wiens uitstekende bio van Sergio Leone ik ook heb gelezen. De scientist in Altered States staat er niet in. Waarschijnlijk is dat omdat deze wetenschapper bepaald niet voldoet aan het stereotiepe beeld van de bijna waanzinnige wereldvreemde man die rondrent in een stofjas, met de haren overeind en in zinnen praat die niemand kan volgen. Eddie Jessup (William Hurt, in zijn debuut) is ambitieus, ziet er goed uit, kan goed praten en is zeker geïnteresseerd in de andere sekse. En in seks. Regisseur Ken Russell zou zichzelf verloochenen als er ook in Altered States niet flink wat naaktheid en seks zou zitten. En ook hier is seks nooit zomaar seks, het is een middel om dichter bij God te komen en tot inzichten in jezelf. Daarmee is het ook een kans om blasfemisch los te gaan en dat doet hij hier volop. Shockeren kun je wel aan Russell overlaten. Al blijft het tam vergeleken met zijn magnum opus The Devils.
Het scenario is van Paddy Chayefsky, die beroemd werd met zijn script voor Network. Dat zat vol zwarte humor en zijn versie van Altered States had dat ook. Hij zag de film als een commentaar op wetenschappers en hun claim op de waarheid. Maar regisseur Ken Russell neemt niets van die humor over. Hij presenteert het volkomen serieus en probeert kijkers ervan te overtuigen dat regressie naar een dierlijke vorm van de mens of naar een nog veel vroegere staat van zijn wellicht mogelijk is. Die regressie onderzoekt Dr. Jessup door sensorische deprivatie in een isolatietank. De fysioloog aan Harvard heeft een onverwerkt trauma over de dood van zijn vader en zijn religieuze opvoeding speelt hem ook parten, issues die een rol gaan spelen in zijn ervaringen. Zijn onderzoek naar de aard van het bewustzijn brengt hem uiteindelijk bij een geïsoleerde stam in Mexico die een krachtige psychedelische paddenstoel gebruikt in oude Tolteekse religieuze rituelen. Wanneer hij de paddo’s en de isolatietank combineert, ontdekt hij dat het mengsel hem doet terugkeren naar een vroegere evolutionaire staat.
Hoewel de plot raakt aan het genre van de mad scientist-films, is Altered States eigenlijk een tripfilm. Een genre uit de 60’s waarin met LSD geëxperimenteerd werd en waarmee regisseurs hun kunstzinnige gaven konden tonen en het publiek gek konden maken met caleidoscoop- en fisheyelenzen, trippy kleurenschema’s en hallucinaties. Deze films bestonden eigenlijk alleen om de drugservaring te laten zien, maar een verhaal hadden ze verder niet. Bij Russell wel. Jessup’s hallucinaties zijn niet willekeurig: zijn trips vloeien rechtstreeks voort uit de dood van zijn vader of andere elementen uit zijn eigen leven. Dat geeft ze ook extra kracht.
Wat je zult onthouden zijn toch vooral deze bizarre tripsequenties. Ken Russell besteedt net genoeg zorg aan het verhaal van Jessup, de relatie met zijn vriendin en de rest van zijn persoonlijke leven om me bezig te houden terwijl ik wacht op de volgende sequentie. Russell weet intussen een echte spanning op te bouwen naarmate Jessup in zijn onderzoek steeds dichter bij Dat Wat De Mens Niet Mag Weten komt. De special effects zijn gedateerd en de beelden worden vaak lomp op elkaar geplakt, maar juist die contrasten dragen bij aan de beleving. Dit is echt een film uit een andere tijd. Het zou interessant zijn om Altered States in een thematisch programma te zien samen met The Fly (deze film past prima in het oeuvre van David Cronenberg), een versie van Dr. Jekyll and Mr. Hyde, An American Werewolf in London, Contact en The Hulk. Met allen zijn namelijk overeenkomsten. Maar vooral is dit een film van Ken Russell die me voortdurend in twijfel houdt of hij dit allemaal serieus meent of dat het een grote practical joke is van een man die een hele dure tripfilm mocht maken, met een ijzersterke William Hurt in de hoofdrol.